Handelsmissies zijn geen plezierreisjes

Burgerkrant april 2002 (Gunter Joye)

‘De pers die mee op handelsmissie gaat, pikt er uiteraard de leuke momenten uit. Het is immers weinig telegeniek om een vergadering van vier uur in beeld te brengen. De diners en toeristische uitstapjes leveren uiteraard veel leukere plaatjes op. Maar één en ander creëert wel een verkeerd beeld naar de publieke opinie toe.’ Aan het woord is Annemie Neyts die regelmatig in het gezelschap van koninklijk bloed de wereld rondtrekt. En ze heeft er een absolute hekel aan dat critici de handelsmissies in het kader van Buitenlandse Handel als geldverslindend en onzinnig bestempelen.

‘Handelsmissies zijn geen plezierreisjes. Het is hard werken en daarenboven zelfs noodzakelijk voor onze bedrijven die handel voeren‘, stelt Annemie vol overtuiging. Buitenlandse handel is een essentieel onderdeel van onze economie. België is één van de grootste exporteurs als je het bevolkingaantal in ogenschouw neemt. Op de wereldranglijst nemen we zelfs de 11de plaats in. En voor Maleisië, 19de op die ranglijst, zijn we een belangrijke partner, vandaar de meest recente handelsmissie.

We zijn naar Maleisië getrokken met een delegatie van ruim honderd mensen. Waarvan ruim driekwart bedrijfsleiders, de rest journalisten en de officiele delegatie. In totaal zijn er zowat 450 bedrijfscontacten geweest. Dat in combinatie met talrijke politieke contacten en werkvergaderingen. De momenten waarbij de benen onder tafel worden geschoven of er een toeristisch uitstapje op het programma staat, zijn dus veeleer schaars‘, licht Annemie Neyts toe.

Volgens onze minister is het algemeen belang van dergelijke handelsmissies ook niet te onderschatten.

Ten eerste is het belangrijk voor die Belgische bedrijven die reeds met het land handel drijven of die er vestigingen hebben. Het bezoek van een regeringsdelegatie en/of koninklijke afvaardiging is een riem onder het hart van diegenen die reeds de stap zetten om in het land te investeren. In die zin is bijvoorbeeld ook de opening van drie regionale handelscentra in Maleisië van groot belang. Het geeft de bedrijven daar de nodige uitstraling.

Ook voor het bezochte land is de ontvangst van een handelsmissie belangrijk. ‘In ons zog hebben wij meestal een twintig journalisten. Waaronder enkele cameraploegen. Voor de autoriteiten daar biedt dat de unieke gelegenheid om hun land eens in de kijker te plaatsen.

Die belangstelling hangt volgens Annemie Neyts vaak rechtstreeks samen met de aanwezigheid van Prins Filip op dergelijke handelsmissies. ‘Wij doen hier in België nogal vaak smalend over het koningshuis. Maar in het buitenland opent de prins deuren die anders ook voor officiële delegaties gesloten blijven. Het verhoogt in die landen de geloofwaardigheid van de missie‘, luidt het.

Meer kmo’s

Voor onze bedrijfsleiders die met buitenlandse expansieplannen rondlopen, kan een dergelijke missie van groot belang zijn. Weten waar je wel of niet terecht kan als je met dit of geen land handel willen drijven. Een intro in de administratieve geplogenheden, de cultuur, transportmogelijkheden, infrastructuur, de markt, etc. Vaak kunnen de bedrijven dat ook niet zomaar ter plaatse gaan bekijken. Grote bedrijven misschien wel, maar de kleine kleine of middelgrote ondernemer heeft die financiële armslag niet.

Mét de hervorming van de Belgische Dienst voor Buitenlandse Handel en het meer regionaliseren van de exportbureau’s (in Vlaanderen is dat Export Vlaanderen) , is ook het concept van de handelsmissies bijgestuurd. Vroeger waren het inderdaad veelal grotere bedrijven of multinationals die mee op handelsmissie gingen. Nu liggen de kaarten enigszins anders. Sinds het aantreden van paars-groen is voluit de kaart getrokken van de kmo’s. En de reacties zijn unaniem positief. We gaan dus de ingeslagen weg verder bewandelen. Dat is ook logisch, aangezien onze Vlaamse economie voor ruim negentig procent op kleine en middelgrote ondernemingen is geënt.”

De voorbije handelsmissies was de delegatie dan ook een ideale mix tussen kleinere en grotere bedrijven en ondernemingen die op de meest diverse terreinen actief zijn. Van producenten van tuinmeubelen tot fabrikanten van chips en vertegenwoordigers van financiële instellingen. Die diversiteit vergt uiteraard ook een goede voorbereiding. Want elke sector, elk bedrijf zit wel met specifieke problemen of vragen. Ook dat wordt allemaal uitgeklaard tijdens diverse vergaderingen.”

De bedrijven – die zelf de reis bekostigen – schrijven in via de gewestelijke exportagentschappen. Op het programma staan dit jaar alvast nog handelsmissies richting Chili (april), Koeweit (okt) en Australië (nov). Meer informatie over de buitenlandse handelsmissies kan je verkrijgen via de (nieuwe) site http://www.beb-ree.be/ (voorheen http://www.finexpo.be/)

Gunter JOYE